Studiedag Aan de slag met de nieuwe Wmo 2015 Cursus
Aanbieder | OSR Juridische Opleidingen |
Kosten | €420,00 |
Data en locatie(s) | Nader bekend te maken. |
Overzicht
Programma
Het programma van de cursus behandelt een aantal onderwerpen met bijbehorende vragen. Beleidsruimte maatschappelijke ondersteuning De nieuwe Wmo beoogt aan gemeenten een grotere mate van beleidsruimte te bieden in hoe zij de ondersteuning aan ... Volledig programmaDocenten
dhr. mr. E. Klein Egelink vice president bij de rechtbank Arnhem, sector bestuursrecht mevr. I.M. Lunenburg docent en adviseur sociale zekerheid Meer informatie over docentenPE-punten
Keurmerken
InschrijvenBeschrijving
Hervormingen langdurige zorg
Het Nederlandse zorgstelsel is toe aan een ingrijpende herziening. Een belangrijke reden daarvoor is om de langdurige zorg voor de meest kwetsbaren in stand te kunnen houden. Verder wil de regering (nog) meer uitgaan van wat burgers zelf kunnen en wordt de kwaliteit van zorg en ondersteuning verhoogd. Als de regeringsplannen doorgaan, dan komen er in 2015:
1. Een nieuwe Wmo van waaruit gemeenten ondersteuning kunnen bieden om te participeren in eigen omgeving.
2. Een aangepaste Zvw voor verzekerbare samenhangende en herstelgerichte zorg.
3. De kern-AWBZ voor de onverzekerbare zorg aan de meest kwetsbaren in Nederland.
De wetsvoorstellen worden (naar verwachting) in september 2013 ingediend bij de Tweede Kamer.
De nieuwe Wmo:
Beleidsruimte maatschappelijke ondersteuning
De nieuwe Wmo beoogt aan gemeenten een grotere mate van beleidsruimte te bieden in hoe zij de ondersteuning aan burgers bij hun zelfredzaamheid en participatie kunnen vormgeven. De aanspraken uit de Zvw moeten - samen met noodzakelijke ondersteuning uit de Wmo - zorgen dat burgers zolang mogelijk in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen. Verder moeten gemeenten meer integrale dienstverlening gaan bieden. Denk aan afstemming op het gebied van onderwijs, werk, inkomen en de nieuwe Jeugdwet. Ook zijn gemeenten verantwoordelijk voor een goede uitvoering van de wettelijke taken, handhaving daarvan en het toezicht houden daarop.
Eigen verantwoordelijkheid, eerst melden en later pas later een aanvraag indienen
De eigen verantwoordelijkheid van burgers kennen we (in beperkte mate) in de huidige Wmo. De nieuwe wet stelt dit uitgangspunt nadrukkelijk voorop. Burgers zijn primair zelf verantwoordelijk - al dan niet met hulp van de eigen omgeving - om oplossingen te vinden voor participatieproblemen. De procedure dat burgers zich eerst moeten melden, er een onderzoek wordt gedaan en pas daarna een aanvraag kan worden ingediend, krijgt wettelijk zijn beslag.
De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland heeft het Ministerie van VWS een reactie gegeven op het concept wetsvoorstel voor de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015.
Lees de reactie hier: http://www.vgn.nl/artikel/17490
De Raad voor de Rechtspraak bracht 4 september een behartegenswaard advies uit aan de staatssecrtaris over het concept wetsvoorstel Wmo 2015. Lees hiervoor:
http://www.ingeborglunenburg.nl/blog/19412/Raad_voor_de_rechtspraak_adviseert_over_de_Wmo_2015.blog
Meer uivoerig de brief van de Raad voor de Rechtspraak zelf:
http://www.rechtspraak.nl/Organisatie/Raad-Voor-De-Rechtspraak/Wetgevingsadvisering/Wetgevingsadviezen2013/2013-33-Advies-concept-wetsvoorstel-Maatschappelijke-Ondersteuning-2015.pdf
Leerdoelen
U leert tijdens deze studiedag:
• Wat het toetsingskader is van nieuwe Wmo.
• Welke eisen worden gesteld aan het beleid (Verordening, Besluit en beleidsregels).
• Wanneer het nemen van een besluit verplicht is.
• Welke eisen worden gesteld aan het onderzoek en het verslag daarover.
• Of de bestuursrechter besluiten vol of marginaal toetst.
• Of er (huidige) jurisprudentie van toepassing blijft. En zo ja, welke.
• Wat de reikwijdte is van het toezicht houden op en handhaven van de wettelijke taken.
Overige informatie
Doelgroep:
- Beleidsmedewerker Medewerker bezwaar & beroep, kwaliteitsmedewerker, en ervaren consulenten
- Sociaal Raadslieden, sociaal juridisch medewerker, vakbondsjurist en medewerker schuldhulpverlening
Groepsgrootte:
Om de kwaliteit van deze studiedag te waarborgen, is het maximum aantal deelnemers gesteld op 25.
Lesmethode:
De studiedag bestaat uit kennisoverdracht en discussie daarover met de deelnemers. Dat gebeurt mede op basis van het wetsvoorstel. De studiedag kenmerkt zich door een praktijkgerichte juridische benadering. De deelnemers worden nadrukkelijk uitgenodigd om voorafgaande aan de studiedag vragen in te brengen. Stuur uw vragen naar Willeke Oerlemans, Oerlemans@osr.nl
Lesmateriaal:
Voor de studiedag wordt een zeer uitgebreide reader ontwikkeld met zorgvuldig geselecteerde en bewerkte teksten uit de Parlementaire stukken, overige documentatie en artikelen.
De reader is thematisch opgebouwd en sluit aan op de onderwerpen van het programma van de studiedag. Daarbij worden telkens de juridische vragen benoemd - en zo mogelijk beantwoord - die het betreffende thema met zich brengt. De reader is een zeer geschikt naslagwerk en wordt aan de hand van de Parlementaire behandeling van het wetsvoorstel telkens aangepast. Verder wordt gewerkt met hand-outs van de sheets.
Overheidsfunctionarissen kunnen voor deze studiedag 5 punten behalen in het kader van het op peil houden van hun vakbekwaamheid.
Dit volgens het Puntenstelsel voor de blijvende vakbekwaamheid van wetgevings- en overheidsjuristen (PWO)
http://www.puntenstelsel.nl/
Programma
Het programma van de cursus behandelt een aantal onderwerpen met bijbehorende vragen.
Beleidsruimte maatschappelijke ondersteuning
De nieuwe Wmo beoogt aan gemeenten een grotere mate van beleidsruimte te bieden in hoe zij de ondersteuning aan burgers bij hun zelfredzaamheid en participatie kunnen vormgegeven. Maatschappelijke ondersteuning richt zich op drie hoofdelementen:
1. Bevorderen van de sociale samenhang, de mantelzorg, het vrijwilligerswerk en de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente, alsmede voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld.
2. Ondersteunen van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking of met chronische psychische of psychosociale problemen zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving.
3. Bieden van opvang.
Vragen:
• Wie behoort er tot de doelgroep van de Wmo?
• Welke aanspraken heeft de burger?
• Wat is zelfredzaamheid en participatie?
• Heeft de gemeente beleidsvrijheid of beleidsruimte bij het bieden van maatschappelijke ondersteuning? En wat betekent dit voor het te formuleren beleid en het nemen van besluiten.
• Wat betekent het toezicht houden en handhaven op de uitvoering van de wettelijke taken?
Eigen verantwoordelijkheid, eerst melden en later pas later een aanvraag indienen
De procedure dat burgers zich eerst moeten melden, er een onderzoek wordt gedaan en pas daarna een aanvraag kan worden ingediend, krijgt wettelijk zijn beslag. Het college moet binnen vier weken na de melding onderzoek doen naar:
• De behoeften, persoonskenmerken en voorkeuren van de burger.
• De eigen mogelijkheden die mede met behulp van anderen kan zorgen voor zelfredzaamheid en kunnen participeren.
• Het gebruik van algemene voorzieningen.
• De noodzaak tot en de mogelijkheid van integrale dienstverlening voor zelfredzaamheid en kunnen participeren.
• De hoogte van de (eigen) bijdrage die de burger verschuldigd zal zijn.
De burger ontvangt van dit onderzoek een verslag. Binnen twee weken na het onderzoek kan een aanvraag om een maatwerkvoorziening worden ingediend. Het besluit wordt op de onderzoeksresultaten gebaseerd.
Vragen:
• Wat is de juridische status van de melding en het verslag?
• Is het college verplicht om een besluit te nemen na de melding?
• Wat is het toetsingskader voor de bestuursrechter?
• Moet de bestuursrechter het besluit vol of marginaal toetsen?
• Welke jurisprudentie zou nog van toepassing kunnen zijn op de nieuwe Wmo?
• Is de aanspraak op de kern-AWBZ voorliggend op het bieden van ‘maatschappelijke ondersteuning’?
Vorm van de ondersteuning
Het college kan de ondersteuning in de vorm van natura of als budget toekennen. Het recht op een budget is een geclausuleerd recht.
Vragen:
• Wat is het toetsingskader voor de bestuursrechter?
• Moet de bestuursrechter het besluit vol of marginaal toetsen?
Plicht tot opstellen van een Verordening
De gemeenteraad is - naast het beleidsplan - ook verplicht een Verordening op te stellen met daarin een aantal verplicht voorgeschreven onderdelen zoals:
• Het proces van toekenning voor de maatwerkvoorziening.
• Hoe de hoogte van het budget wordt vastgesteld.
• Welke basisnorm geldt voor de kwaliteit en professionaliteit van de ondersteuning.
Vragen:
• Welke voorwaarden moeten en welke mogen worden opgenomen in de Verordening?
• Moet de gemeente een Besluit nadere regels en beleidsregels vaststellen?
• Wat mag de gemeenteraad delegeren aan het college?
Eigen betalingen voor burgers
Gemeenten mogen voor zowel de algemene - als de maatwerkvoorziening een (eigen) bijdrage vragen aan de gebruikers daarvan. De eigen bijdrage voor de maatwerkvoorziening zal net als nu worden berekend en opgelegd door het CAK. De hoogte daarvan blijft afhankelijk van het bijdrageplichtig inkomen (en vermogen). Daarbij blijft ook de anticumulatie voor eigen bijdragen waaronder die van de AWBZ gehandhaafd. De bijdrage voor de algemene voorziening kan door de gemeente zelf worden gevraagd, opgelegd en geïnd.
Vraag:
Leidt het vragen van bijdragen voor algemene voorzieningen tot de ongewenste stapelingseffecten voor burgers? En zo ja, wat zijn de gevolgen daarvan.
De deelnemers worden nadrukkelijk uitgenodigd om voorafgaande aan de studiedag vragen in te brengen. Stuur uw vragen naar oerlemans@osr.nl
Docenten
- dhr. mr. E. Klein Egelink vice president bij de rechtbank Arnhem, sector bestuursrecht
- mevr. I.M. Lunenburg docent en adviseur sociale zekerheid